Dr. aan het woord door: Dierenarts Peter Boskamp
© Dierenarts P. Boskamp
Het is verboden bovenstaande artikelen te vermenigvuldigen en te verspreiden. 
Ook zal opgetreden worden als zonder toestemming de artikelen of gedeelten 
daarvan op een andere wijze gepubliceerd worden

Deel 13: “Vitamines……..echt niet nodig?

De laatste weken hoor ik in de spreekkamer vaker de opmerking dat vitamines niet nodig zijn. Want zo stond het in de bladen.
Nu verschijnt er met zekere regelmaat weer een of ander artikel van de een of andere schrijver die op gezag van……verteld dat vitamines niet nodig zin. Immers als de duiven goed en gezond eten dan kunnen ze uit het voedsel voldoende bouwstoffen en dus vitamines opnemen.
 

Dit is een verhaal dat je ook heel vaak hoort in de humane geneeskunde. Zorg dat je gezond en goed eet dan neem je voldoende bouwstoffen en vitamines op en dan heb je geen vitaminepreparaten nodig verder.
Wel ik geloof ook wel, dat indien we goed en gezond eten we voldoende vitamines en bouwstoffen opnemen. Maar eten we allemaal altijd goed en gezond. Een big Mac op zijn tijd. Frietje met en ga zo maar door. Gehaast en gejaagd als we zijn nemen we lang niet altijd (of vaak niet) alle tijd om rustig en gezond te eten. En onder die omstandigheden is die uitspraak een lachertje.
Maar goed daar zijn we, als mens, zelf bij.
 

Maar nu onze duiven. Ik geloof stellig dat de duiven voldoende vitamines en mineralen en andere bouwstoffen op kunnen nemen uit het voer, op voorwaarde dat we goed voeren. Maar stress, ziekten, slechte omstandigheden en de vluchten bij duiven zijn energie vreters maar ook anti-oxidanten vreters. En veel anti-oxidanten behoren tot de vitamines. Kortom onder deze omstandigheden is er een grotere behoefte aan vitamines en mineralen om de enzymsystemen die bijdragen aan het gezond houden van de duiven zo goed mogelijk te helpen functioneren.
En het is dan zeer de vraag of er onder die omstandigheden voldoende vitamines en mineralen uit het voer zijn te halen.
Van sommige vitamines maakt het lichaam een reservevoorraadje aan, maar van andere is dat minder het geval.

Een tekort aan vitamines en mineralen zorgt dat enzymsystemen in het lichaam minder optimaal functioneren. En minder optimaal functioneren betekent is simpel Nederlands: De vorm van de duiven gaat verloren.
Immers de ketting is zo sterk als de zwakste schakel. Als de vitaminereserves op zijn of de aanvoer van vitamines en mineralen stagneert, kunnen deze enzymen die o zo belangrijk zijn om het lichaam goed te laten werken niet meer naar behoren werken. De kettingreactie komt op gang en het kaartenhuis begint in te storten. De duiven vreten hun lichaamsreserves  voor noodomstandigheden op om er toch nog iets van te maken.
Dit is heel simpel voorgesteld, maar het is wel de kern van de zaak.
Gevolg: de duiven komen meer afgemat dan nodig terug thuis. 

Ik trek ten strijde tegen al die “nazeggers” die maar blijven hameren op oude uitspraken, veelal gedaan door figuren die vitamines en andere voedingssupplementen gelijk schakelen met alternatief gedoe dat te vuur en te zwaard bestreden moet worden. Alsof het om schadelijke stoffen zou gaan bij deze vitamines. Kern van hun betoog is dat vitamines niet nodig zijn onder normale omstandigheden. En daar zijn we het dan ook nog over eens ook. Dat geldt voor mens zowel als dier. Maar deze figuren gaan voorbij aan een realiteit. De hedendaagse duivensport is geen normale omstandigheid meer. De hedendaagse duivensport is topsport. Topsport waarbij het kleinste mankement genoeg is om buiten de prijzen te vallen.
Laat U daarom geen zand in de ogen strooien door die schrijvers die vertellen dat het allemaal niet zo nodig is. Grote kans dat ze zelf wel vitamines gebruiken.
Dat doet me denken aan die jonge liefhebber die een bepaald product kwam halen want dat had die en die gezegd dat hij het moest gebruiken. Ik wist dat die bepaalde liefhebber dat zelf niet gebruikte en vroeg hem nadien waarom hij dat dan tegen die jonge knul had gezegd? Het antwoord was even simpel als verbluffend: “ Hij wilde wel eens weten wat dat product bij duiven deed…….maar wilde dat niet zelf uitproberen……”
 

Maar ik dwaal weer eens af. Wie kent niet het verhaal van de foliumzuur. De norm voor de behoefte aan foliumzuur werd vroeger gesteld op 100 microgram als ik me goed herinner. Die norm was vastgesteld voor de bekende normale omstandigheden. Zwangerschap is nu bijvoorbeeld geen normale omstandigheid. En door schade en schande kwam men er achter dat de “normale” dosis vit B11 (foliumzuur) niet genoeg was tijdens de zwangerschap. Het tekort wat er dan feitelijk bestond kon lijden tot “open ruggetjes” bij de ongeboren kinderen.
Toen men dit besefte heeft men de “normale” dosis maar snel verhoogd naar 200 microgram. En 400 microgram voor zwangere vrouwen. Hoe zo schade en schande?
Soortgelijke verhalen zijn ook voor andere vitamines te vertellen.

De normale dosis vitamines die worden geadviseerd zijn gebaseerd op die dosering waarbij onder normale omstandigheden geen gebreksziekten ontstaan.
Let wel normale omstandigheden. We zeiden al dat de hedendaagse duivensport geen normale
omstandigheid was, maar topsport.
En laten we duidelijk zijn: de hoeveelheid vitamine waarbij geen gebreksziekten ontstaan is niet altijd de meest optimale dosering.
Verhelderend is daarom misschien het onderzoek dat ooit eens bij stewardessen op intercontinentale vluchten werd verricht. We weten dat de geadviseerde hoeveelheid vitamine C zo tussen de 50 en 75 mg per dag ligt. Bij die hoeveelheden ontstaan er dus geen gebreksziekten onder normale omstandigheden.
Linus Pauling de Nobelprijswinnaar, heeft veel onderzoek gedaan naar vit C. Zo kwam bij het onderzoek bij de stewardessen vast te staan dat onder normale omstandigheden er bij een inname van 3-5 gram(!) van deze vitamine, uitscheiding in de urine plaats vond.
Wat bleek nu tijdens de intercontinentale vluchten. Daar vond pas bij een inname van vitamine C tussen de 10 en 13 gram (!) uitscheiding in de urine plaats. Kortom de bijzondere omstandigheden deden een vele malen hogere behoefte aan vitamine C ontstaan.
Nu gebeurt er niets als we vitamine C te kort hebben op zo’n vlucht bij mensen. Dan wordt de reserve aangesproken in het bindweefsel. Dat is op zich geen ramp, die wordt aangevuld nadien. Maar bij kettingrokers die ook grote hoeveelheden vitamine C gebruiken vindt deze aanvulling niet plaats met als gevolg dat veel van deze mensen een meer rimpelige huid hebben dan de niet rokers.

Wat is de moraal van het verhaal?

Simpel natuurlijk. Onder normale omstandigheden kunnen duiven voldoende vitamines en mineralen opnemen uit het voer. Echter onder topsportomstandigheden kunnen de behoeftes aanzienlijk hoger liggen. En dan kan het wel eens meer dan raadzaam zijn om te zorgen voor optimale omstandigheden wat betreft de vitamine en mineralen inname.
Hoedt U wel voor overdosering. Want overdaad schaadt natuurlijk ook. Maar als we oppassen met de toediening van de vetoplosbare vitamines A,D3 en E, dan zal er niet gauw iets gebeuren. De waterige vitamines worden uitgescheiden als er teveel van wordt verstrekt.

Wellicht dat U zich afvraagt waarom ik hier geen advies ga geven over de hoeveelheid te gebruiken vitamines. Dat is simpel. Ik wens niet verzeild te raken in een discussie die de moeite van het voeren niet waard is.
De meningen over de gewenste te verstrekken hoeveelheden vitamines lopen nog behoorlijk uiteen.
Het enige dat ik wil zeggen is dat onze Farvisol wat ons betreft de toets der kritiek zeer wel doorstaat en aan de gestelde eisen die men aan een goed vitaminepreparaat mag stellen voldoet.
Maar er zijn zonder meer meerdere goede vitaminepreparaten.
 

En tot slot; kijk als U vitamines aanschaft eens naar de samenstelling en de gehaltes en staar U niet blind op grote potten met veel poeder. Veelal zijn dit laaggedoseerde poeders die hierdoor omgerekend juist duurder zijn.

Peter Boskamp
dgkcentrum@planet.nl

Terug naar Dr. aan het woord
Terug naar Duiven.net

Een site van ADVIDU, Utrecht