Dr. aan het woord door: Dierenarts Peter Boskamp
© Dierenarts P. Boskamp
Het is verboden bovenstaande artikelen te vermenigvuldigen en te verspreiden. 
Ook zal opgetreden worden als zonder toestemming de artikelen of gedeelten 
daarvan op een andere wijze gepubliceerd worden

Deel 22:  Nieuwsbrief Duif Juni 2005

Beste liefhebbers,

De tijd vliegt voorbij. De Jongen zijn in België al aan het vliegen en in Nederland komen de jonge duivenvluchten ras dichterbij. De Adenocoli-infecties zijn al weer waargenomen en daarom is het goed iedereen toch nog op het hart te drukken preventief te handelen.
Niet gelijk met de medicijnpot aan de gang gaan als er nog niets aan de hand is. Beter is het de darmfllora te optimaliseren met bijvoorbeeld Boni-SGR of de darmflora te ondersteunen met een appelazijn of een product op basis van vlierbessen.
Is er in de omgeving sprake van uitbraken dan kan het raadzaam zijn om voor de vluchten de infectiedruk middels een gerichte darmkuur te verlagen. Daar zijn diverse middelen voor. En voor ieder middel is wel iets te zeggen. De voorkeur is voor iedere liefhebber bijna anders.

De afgelopen maand zijn er vragen over diverse medicijnen binnengekomen. Een paar zal ik hier nader bespreken.
Over het gebruik van “Metro” werden meerdere vragen gesteld. Reden om het gebruik van de diverse “Geelmiddelen” nader te bekijken en wat adviezen te noteren.

Praktische geelbestrijding

Zoals iedere liefhebber wel weet is de bestrijding van het geel in een aantal gevallen niet zo eenvoudig meer als vroeger. Regelmatig tref ik liefhebbers die net een geelkuur hebben gegeven aan hun duiven met een of ander middel volgens de voorgeschreven dosering op de verpakking .
En dan blijkt bij controle dat de besmetting niet weg is. Frustratie en irritatie al om.
De liefhebber voelt zich genomen door de leverancier van het middel. Maar niets is minder waar.
Waar 15 jaar geleden 0,5 gram Ridzol-S in het drinkwater, gedurende een paar dagen genoeg was om de besmetting achter ons te laten is nu de daarvoor noodzakelijke dosering toch al gauw  3-4 gram Ronidazole 10% (de werkzame stof van de vroegere Ridzol-S) per  twee liter drinkwater. En zelfs dan is er soms nog sprake van een lichte besmetting na de kuur.
Een en ander is louter en alleen een gevolg van het resistent worden van de Trichomonas tegen de diverse geelbestrijdingsmiddelen.
De middelen zijn dezelfde gebleven. Alleen de parasiet is er minder gevoelig voor geworden. En laat zich dus niet meer zo gauw vernietigen
. 

Als we nu deze wetenschap hebben, dat de geelparasieten resistenter zijn aan het worden tegen de middelen, hoe kunnen we dan het beste handelen.
Allereerst doen we er goed aan af te zien van een drinkwaterkuur zolang de “R” nog in de maand is. De duiven drinken  dan immers over het algemeen minder en krijgen per 24 uur zo te weinig geneesmiddel binnen. De zwakste parasieten sneuvelen en de sterkste parasieten vermenigvuldigen zich. Resultaat: een toegenomen resistentie.
Zouden we de dosering verhogen om te zorgen dat de duiven wel genoeg medicijn binnen krijgen, dan bestaat de kans dat de duiven die wel normaal drinken een overdosering krijgen en dan aan hersenverschijnselen te gronde  kunnen gaan.
Dus  beter is het de dosering van 4 gram over het voer te doen. Dat blijkt in de praktijk een duidelijk beter resultaat te geven. Maar bij van nature nonchalante liefhebbers is dit ook weer een risicovolle methode. Het is namelijk belangrijk dat het medicament goed over het voer verdeeld wordt en niet klontert. Immers in het laatste geval kunnen enkele duiven ook weer teveel medicament krijgen met de reeds genoemde vergiftigingsverschijnselen als gevolg. En neem van mij aan dat dit vaker voorkomt dan dat menigeen denkt.
Maar ook deze methode geeft toch nog doorbraken vanwege de resistentie. In deze gevallen moeten we toch gedurende een zestal dagen het medicijn verstrekken om enigszins zeker te zijn van voldoende effect.
De methode die in de praktijk als beste uit de bus komt is de individuele toediening middels een capsule. In dit geval krijgt de duif  in een keer de dosering binnen die nodig is om de parasieten resoluut aan te pakken.
Wij zien in de kliniek dat een capsule voldoende is bij lichte besmettingen (Wij noemen die 1 en 2 plus besmettingen). Bij zware besmettingen dient twee dagen achtereen een capsule te worden opgestoken. En dan liefst op de nuchtere maag (de 3 en 4 plus besmettingen).
Hoe dient men zich de werking voor te stellen. Bij een drinkwaterkuur wordt de dosering als het ware uitgesmeerd over de dag. Het lichaam is al vol bezig met het verwijderen van het medicijn. We kunnen ons dus voorstellen dat aan de ene kant toevoer plaatsvindt van het medicament en aan de andere kant afvoer. Dus per saldo komen we op deze wijze  op een lage dosering in het bloed uit, dan wanneer we het medicament over het voer doen of als pil ingeven. Zeker in het laatste geval is de toevoer van het medicament heel groot, kort en krachtig. Dit terwijl de afvoer amper op gang gekomen is. De parasieten worden zo dus aan een hoge dosering blootgesteld. De Trichomonas kan hier slechter tegen dan bij een lagere hoeveelheid van het medicijn in het bloed zoals bij de drinkwaterkuur optreedt. En dat is natuurlijk logisch.
Nu blijkt in de praktijk dat kort en hoog doseren beter werkt dan lang en laag zoals we bij een drinkwaterkuur doen. In het totaal geven we bij een drinkwaterkuur zelfs meer van dit giftige medicijn dan wanneer we twee dagen achtereen een capsule opsteken. En toch is het resultaat van een capsulekuur van twee dagen dus vele malen effectiever dan de drinkwaterkuur. Doordat we vrijwel altijd op deze wijze de hele infectie wegnemen is er een veel geringer kans op resistentie.

Concluderend kunnen we zeggen dat een individuele behandeling van de duiven voor een goede geelbestrijding veruit de voorkeur verdient. Is dit om praktische redenen niet mogelijk of teveel werk, geef dan de voorkeur aan een voerkuur boven een drinkwaterkuur. Eigenlijk zouden we drinkwaterkuren voor de bestrijding van het Geel niet meer moeten toepassen.

De middelen

Ik hoor nu een aantal liefhebbers denken; dan gebruik ik toch gewoon een ander middel en dan heb ik geen last van de resistentie.
Welnu dat is toch ergens een misvatting.
Vrijwel alle middelen die werkzaam zijn tegen het geel behoren tot de zogenaamde imidazolverbindingen.
Tot deze verbindingen behoren een hele groep van stoffen waarvan er een aantal heel bekend zijn en hoofdzakelijk toegepast worden als middel ter bestrijding van het Geel.
Carnidazole (Sprartix),  Ronidazole (vroegere  Ridzol-S),  Dimetridazole (vroeger Emtryl) en Metronidazole (in Stomorgyl, Metro, Flagyl).  Daarnaast zijn er nog enkele veel sterkere leden in deze groep. Deze middelen zijn zo sterk dat ze ontzettend verdund moeten worden om geen vergiftigingen te veroorzaken. Als zodanig zijn ze voor praktische toepassing minder geschikt.
Nu blijkt in de praktijk ,dat middelen die tot eenzelfde groep behoren vaak een zgn. “kruisresistentie” kennen. Dit wil dit zeggen dat indien een parasiet ongevoelig is voor een middel er al snel ook sprake is van ongevoeligheid voor de andere middelen. Dit komt omdat het werkingsmechanisme van de medicijnen overeenkomt.

Wat betekent dit nu in de praktijk?

De logische gedachte dat we dus een ander middel moeten gebruiken als het Geel ongevoelig wordt voor een middel, gaat bij deze medicijnen dus niet zo eenvoudig op. En als het al op gaat is het slechts kortstondig.
Het is dus van groot belang dat iedere duivenliefhebber probeert om bij de bestrijding van het Geel, daadwerkelijk de parasieten totaal te elimineren. Halve kuurtjes en korte kuurtjes zijn bij deze kwaal dus uit den boze.
Dat is toch allemaal logisch zouden we denken.
Maar ik word soms moedeloos van de liefhebbers die eventjes twee daagjes iets tegen het Geel geven in het drinkwater en dan ook nog de overtuiging hebben dat ze het goed doen, omdat iedereen het immers zo doet. Maar juist omdat iedereen het zo doet neemt de resistentie ook zo hand over hand toe.
En wat te denken van de liefhebber die laatst dacht goed te doen door een halve Spartrix tablet te geven in plaats van een hele tablet.
Als deze liefhebber deze column toevallig leest hoop ik dat hij nu snapt waarom dát nu net níet goed is!!!! 

Dus voor de geelbestrijding geldt: Goed doseren, voldoende hoog en voldoende lang!!
En als we dit goed doen dan hoeven we ook niet zo bang te zijn voor verdere resistentie van de parasieten voor de diverse middelen.

“Metro”

Metro is dus een fantasienaam voor een product op basis van Metronidazole. Dit middel is een alternatief voor Carnidazole (Spartrix) of Ronidazole.
Of het beter of slechter is dan de andere twee middelen?
Zoals gezegd valt of staat een goede bestrijding van het Geel met het gebruik van een werkzaam middel in voldoende  hoge dosering en voldoende lang gebruik. Wordt aan deze voorwaarden voldaan dan werkt Metronidazole net zo goed als Ronidazole.
De laatste is doorgaans goedkoper.
Gebruikt men metronidazole in de vorm van Stomorgyl tabletten van Merial dan heeft men het voordeel dat deze tabletten naast de metronidazole ook nog Spiramycine bevatten. Zoals bekend is Spiramycine (Suanovil) een goed middel in geval van een aantal luchtwegaandoeningen bij duiven.
Maar wil men dit middel toepassen dan verplicht men zich eigenlijk wel enkele dagen achtereen een tablet op te steken.

Doxycycline

Over dit medicament bereikten me de afgelopen maand ook een aantal vragen.

Doxycycline is een medicijn dat behoort tot de groep van de zgn. Tetracyclines. Deze middelen zijn van oudsher ingezet bij de bestrijding van luchtweginfecties bij duiven en dan in het bijzonder de Chlamydiose en andere luchtweginfecties behorende tot het ornithose-complex.
Tot deze groep van de Tetracyclines behoren  naast de genoemde Doxycycline ook de Oxytetracycline (Terramycine) en de Chloortetracycline (Vroeger ook bekend als Aureomycine). De Doxycycline mag beschouwd worden als de krachtigst werkzame stof uit deze groep. De Oxytetracycline is de oudste telg uit deze groep en kent ook de meeste resistentieproblemen. Dus als we moeten kiezen uit een middel uit deze groep dan gaat de voorkeur uit naar de Doxycycline
.
Naast eerder genoemde indicaties voor de luchtwegen is er ook enige werkzaamheid bij Coli-infecties en Streptococcen-infecties. Maar persoonlijk geef ik voor die infecties de voorkeur aan andere middelen. (Poeder 22 of Boni-Jodi). 

Over de dosering van deze grondstof lopen de meningen uiteen. Deze variëren van 7,5 mg tot  50 mg per duif. De reden voor de variatie zit hem in twee factoren. Als het grit niet wordt weggehaald dient men veel hoger te doseren dan indien men het grit wel verwijderd. Grit gaat namelijk met de tetracyclineverbindingen onoplosbare complexen aan waardoor het medicijn onwerkzaam wordt.
De tweede reden voor de variatie van de dosering is dat de werkzaamheid van Doxycycline beter is in zuur milieu. Dus als er citroenzuur wordt toegevoegd aan het medicament kan men eventueel een lagere dosering voorschrijven.

Doxycycline wordt vaak als los medicament voorgeschreven ( Doxycure van Oropharma of Doxycycline  10%) of in combinatie met andere luchtwegmedicijnen (Poeder 18; poeder 26 en Boni-Jodi).
Boni-Jodi is een medicament dat uitermate geschikt is om te gebruiken bij jonge duiven. Naast genoemde luchtweginfecties heeft het ook een werking tegen streptococcen en E. coli. De infecties die de jonge duiven aan het begin van de jonge duivenvluchten nogal eens willen treffen.

Glucose 

Tot slot; glucose of druivensuiker wordt in de duivensport veel gebruikt. Het heeft een naam gekregen heel goed te zijn. En als bij zovele middelen is het prima om het te gebruiken als het nodig is.
Veel elektrolytenmixen bevatten glucose in poedervorm of in siroopvorm zoals in Dextropur, Belgasol of Bonisol.
Deze producten bevatten naast glucose ook elektrolyten en kunnen zo bijdragen aan het herstel van de vochtbalans na zware vluchten of in geval van diarree.
Voor deze indicaties is het dus prima om druivensuiker te gebruiken.
Maar het te pas en te onpas gebruiken van pure druivensuiker voor vluchten moet toch met voorzichtigheid gebeuren. Immers druivensuiker is een snel benutbare suiker. Deze wordt dan ook snel afgebroken door het lichaam.
Dus tijdens de (langere) vluchten, zeker na meerdere dagen mand is de werking niet meer aanwezig.
Maar druivensuiker is ook voor een aantal bacteriën en gisten in de darm een rijke voedingsbron. Als zodanig kan het de darmflora in negatieve zin beïnvloeden bij overmatig gebruik. Dus bekijk de noodzaak van het gebruik of gebruik liever een elektrolytenoplossing. 

Het is een nieuwsbrief geworden met vooral productinfo. Ik hoop dat hij toch weer leesbaar was. Mocht U geen prijs meer stellen op de ontvangst van deze info dan kunt U dat mailen na : dgkcentrum@planet.nl

Maar ook voor opmerkingen of producten die U nader besproken zou willen zien kunt U op deze mail terecht.

Peter Boskamp
dgkcentrum@planet.nl

Terug naar Dr. aan het woord
Terug naar Duiven.net

Een site van ADVIDU, Utrecht