Deel 31: Nieuwsbrief Duif aug 2006 "Veel
gestelde vragen"
Deel 4
Vochtbalans
Het warme weer van de afgelopen weken maakt het ook voor
duiven extra belangrijk om de vochtbalans op peil te houden. Ook duiven
kunnen tijdens de vluchten veel vocht verliezen. Het is dan onder de
weersomstandigheden zoals deze de afgelopen weken waren dan ook extra
belangrijk om hierop te letten. Zorg dat de duiven voldoende vocht op
kunnen nemen na de vlucht en vul dit bij voorkeur aan met een
elektrolytenmix. Hiervan zijn diversen mixen beschikbaar. Zelf schrijf ik
dan nog wel eens de Bonisol voor. Een vloeibare elektrolyten mix die
verrijkt is met extra aminozuren en vitamines om te zorgen voor een nog
snellere recuperatie na de vlucht.
Een alternatief na zeer zware vluchten is de recuglut CT. Deze mix bevat
naast elektrolyten ook nog Creatine, Taurine en Glutamine. Van Glutamine
is bekend dat het voor een optimale darm- en spierwerking in voldoende
mate beschikbaar moet zijn.
Dat brengt me op toevoegingen aan het drinkwater onder extreme
weersomstandigheden. Een voordeel onder deze weersomstandigheden kan zijn
dat de duiven veel willen drinken. Hierdoor is het onder deze
omstandigheden mogelijk om zelfs met een drinkwaterkuur effect te sorteren
bij de bestrijding van Trichomoniasis. Iets dat onder normale
omstandigheden als de duiven normale hoeveelheden water drinken geen
zekere zaak is.
Maar in het algemeen ben ik de mening toegedaan dat onder extreme
omstandigheden de toevoegingen van medicamenten aan het drinkwater beperkt
zouden moeten worden. De dieren moeten hun vochtbalans op peil kunnen
houden en drinkwatertoevoegingen remmen de wateropname. Onder extreme
omstandigheden kan dit leiden tot ophoping van afvalstoffen in het
lichaam. En dit kan de vorm van de duiven negatief beïnvloeden.
Wanneer
kan men tijdens het spel met de jonge duiven nog gericht een kuur tegen
het geel geven?
Zijn kuren van een of anderhalve dag niet “levensgevaarlijk”
De vragen over geelbestrijding zijn er die steeds opnieuw
gesteld worden.
Geelkuren tijdens het jonge duiven seizoen behandelen. Dat is iets wat
eigenlijk niet echt nodig zou moeten zijn in kuur verband.
Het is zaak om voor de aanvang van de jonge duiven vluchten de
Trichomoniasis afdoende te bestrijden. Het beste kan men dit doen door de
duiven twee dagen achter elkaar een goede geelcapsule op te steken. Dit is
eigenlijk de enige afdoende manier om er zeker van te zijn dat de duiven
geelvrij zijn. Nu drinken de duiven momenteel wel redelijk met de
weersomstandigheden van de laatste tijd. Maar toch komt het ook dan nog
voor dat er duiven overblijven die na een kuur nog het geel hebben. Als
men voor de vluchten dan ook nog genoegen denkt te kunnen nemen met een
korte kuur dan spant men het paard helemaal achter de wagen. Want met
zulke korte kuurtjes worden alleen de zwakste trichomonas parasieten
bestreden. De sterkere blijven over en gaan zich daarna weer vrolijk
vermenigvuldigen. De resistentie van de parasieten tegen het
bestrijdingsmiddel neemt daardoor toe.
Een praktijkervaring is dat indien men de besmetting voor het seizoen goed
aanpakt doormiddel van het toedienen van geelcapsules men tijdens het
seizoen kan volstaan met een keer per 3 weken een geelcapsule op te steken
(uitzonderingen daargelaten). Men hoeft dan niet te kuren. De
geelbesmetting is op deze manier heel goed onder controle te houden.
Echter als men denkt te kunnen volstaan met een korte kuur voor het
seizoen en vervolgens met
korte kuurtjes tijdens het seizoen de infectie wel denkt te kunnen
beheersen, dan bewijst men de duivensport net zo min als zichzelf een
goede dienst. Deze handelwijze werkt de toename van de resistentie alleen
maar verder in de hand.
De
magie van injecties.
Ze waren er weer de afgelopen tijd, de vragen of we
injectievloeistoffen hebben als suanovil, streptomycine, Tylosine,
Linco-spectin enz. enz. De meeste injectie vloeistoffen hebben we
inderdaad. Maar ik verbaas me vaak over de reden waarom de liefhebbers
injectievloeistoffen prefereren boven, poeders of capsules.
De meest genoemde reden is dat deze of gene topspeler dat ook doet (heeft
men dan vaak van horen zeggen). Als de betreffende liefhebber dan ook nog
eens scoort met een injectievloeistof dan is de liefhebber meestal
blijvend overtuigd van de magie van injecties.
Maar zijn injectie beter dan capsules bijvoorbeeld?
De lof die injecties toegezwaaid kregen stampt vooral uit de tijd dat er
amper nog met capsules ter behandeling van ziekten werd gewerkt.
Ik schreef eerder al dat medicijnen in het drinkwater doorgaans voor een
lagere bloedconcentratie van het medicament zorgen dan bij toepassing van
hetzelfde medicament over het voer. Dat is ook logisch omdat het voer in
korte tijd genuttigd wordt en het medicijn doorgaans dus ook sneller
opgenomen wordt. Nog meer zekerheid biedt de toepassing in capsulevorm. De
duiven krijgen dan in korte tijd de juiste hoeveelheid binnen en als het
een medicijn betreft dat gemakkelijk via de darm opgenomen wordt zal er
snel een goede bloedspiegel van het medicament aanwezig zijn.
Er zijn echter ook medicamenten die slecht uit het darmkanaal
opgenomen kunnen worden. Deze medicijnen kunnen dan alsnog effectief
worden toegepast door ze via een injectie toe te dienen.
Dus het kan zinvol zijn medicijnen via injecties toe te passen. De
medicijnen zijn op deze manier immers heel snel in hoge concentratie
beschikbaar in het bloed.
Vanuit dit oogpunt bezien is er dus veel te zeggen voor een dergelijke
toepassing.
Maar er kleven natuurlijk ook bezwaren aan injecties. Zo
kunnen er door injecties heftige onderhuidse weefselreacties ontstaan die
de duif ernstig kunnen parten spelen. Dit probleem kan bij injecties in de
spieren nog vele malen ernstiger zijn.
Maar naast het risico van weefselreacties kleeft er nog een ander gevaar
aan een aantal medicamenten,die bij duiven worden toegepast. Zo is
streptomycine (was vroeger onder de naam CX60 in Duitsland verkrijgbaar)
berucht om zijn vergiftigingsverschijnselen bij overdosering. Bij een
dosering van 0,1 ml per 200 gram gebeurt niet zo veel. Maar een lichte
overdosering kan in een aantal gevallen al fatale gevolgen hebben. De
duiven kunnen dan door hun poten zakken en er als verlamd bij liggen.
Veel liefhebbers verkeren in der vooronderstelling dat duiven
als ze een keer ingespoten zijn al een “kuur” hebben gehad. Maar dat
is natuurlijk helemaal niet zo. Natuurlijk krijgen we op deze manier snel
een hoge bloedspiegel van het medicijn, maar genoemde injectiemiddelen
zijn ook weer snel uit het lichaam verdwenen. Wil men op deze manier de
duiven kuren, dan zal men de injecties vaak meerdere keren moeten
herhalen.
Het is duidelijk dat op deze wijze de kans op weefselreactie dan alleen
maar groter wordt.
Al met al zijn er gevallen waarbij het toedienen van medicijnen via
injectie aan te raden is, maar veelal is men met de toepassing van een
capsule net zo goed af en mogelijk zelfs safer bezig. Kortom gewoon het
gezond verstand gebruiken en zich niet mee laten slepen in de “magie”
van de injecties.
Aan de andere kant zijn er injectievloeistoffen in
ontwikkeling waarbij een eenmalige injectie wel degelijk een kuureffect
heeft. Een injectie kan dan 3-5 dagen effectief zijn. Dit zijn dan wel
allemaal middelen van de “nieuwe” generatie. En niet de middelen die
in de inleiding werden genoemd.
Succes.
|